Suikerziekte

Onderzoeken en levensverwachting

Onderzoeken van suikerziekte kat

Suikerziekte bij de kat is een complexe aandoening en ontstaat meestal geleidelijk, gedurende een langere periode. Daardoor worden de eerste, nog subtiele verschijnselen gemakkelijk over het hoofd gezien, vooral bij katten die buiten komen. Vaak is een bloedonderzoek en urineonderzoek bij de kat nodig om de diagnose te kunnen stellen. Alle verschijnselen van suikerziekte kunnen zich ook voordoen bij andere aandoeningen. Daarom voert de dierenarts naast een lichamelijk onderzoek vaak aanvullend onderzoek uit. Om vast te kunnen stellen dat er sprake is van suikerziekte, is bloedonderzoek en urineonderzoek bij de kat nodig. Uit het bloedonderzoek en urineonderzoek bij de kat moet blijken of er sprake is van onderstaande verschijnselen. Zo ja, dan is er sprake van suikerziekte bij de kat:

  • Een verhoogde hoeveelheid glucose in het bloed.
  • Een verhoogde hoeveelheid fructosamine in het bloed (de hoeveelheid fructosamine zegt iets over de bloedglucosespiegel in de voorgaande twee weken).
  • Aanwezigheid van glucose in de urine.

Ben je door de dierenarts gevraagd om urine van je kat mee te nemen?

Bekijk tips om urine op te vangen

Andere onderzoeken voor diagnose

Misschien wil de dierenarts meerdere onderzoeken doen, om je kat te controleren op andere aandoeningen. Deze onderliggende aandoeningen kunnen namelijk gevolgen hebben voor de behandeling. Als uit het bloedonderzoek of urineonderzoek bij de kat blijkt dat hij inderdaad suikerziekte heeft, dan hangen de vooruitzichten onder andere af van de leeftijd, mogelijkheid tot stabiliseren van de bloedglucosespiegel en de aanwezigheid van die andere aandoeningen.

Suikerziekte katten niet behandelen of toch wel?

Wanneer de diagnose ‘suikerziekte’ wordt gesteld, dan sta je voor een belangrijke keuze: ga je de suikerziekte bij katten niet behandelen of toch wel? Als suikerziekte bij de kat niet wordt behandeld, dan wordt je kat steeds zieker en moet hij onnodig lijden. Zonder behandeling voelt hij zich beroerd en uiteindelijk is euthanasie het alternatief. Bij behandeling hangt de levensverwachting af van verschillende factoren. Denk bijvoorbeeld aan de leeftijd van de kat, of het lukt om de bloedglucosespiegel te stabiliseren, of de kat andere aandoeningen heeft en zo ja, wat de ernst hiervan is. Een uitkomst kan zijn om de suikerziekte bij katten niet te behandelen. Misschien omdat je opziet tegen de behandeling en alles wat hierbij komt kijken. Toch kunnen katten met de juiste behandeling nog een uitstekende kwaliteit van leven hebben met zo min mogelijk complicaties.

Complicaties bij suikerziekte

Tips voor een goede levensverwachting

Niet elke kat reageert hetzelfde op de behandeling. De dierenarts kan je veel vertellen over de levensverwachting. Om na te gaan hoe de behandeling aanslaat, zal de dierenarts je kat regelmatig willen controleren. Hieruit kan blijken dat de bloedglucosespiegel moeilijk stabiliseert of blijft schommelen. In die gevallen kan meer insuline of aanvullend onderzoek nodig zijn. De dierenarts gaat ook na of er andere, onderliggende oorzaken zijn. Tijdens de behandeling kun je zelf ook diverse dingen doen om het leven van je kat zo prettig mogelijk te maken. Met de juiste aanpak kan jouw kat nog een leuk leven leiden.

Achtergrond suikerziekte