Binnenkat inenten
Katten kunnen net als mensen ziek worden. Sommige van de virussen die de ziektes veroorzaken, verspreiden zich snel tussen katten en hebben soms zelfs een dodelijke afloop. Met vaccinaties kun je de ziekteverschijnselen na besmetting voorkomen of verminderen. Maar waarom zou je je binnenkat vaccineren als hij weinig in contact komt met andere dieren? Wij zetten de vragen en antwoorden voor je op een rij.
Waarom binnenkat inenten?
Over het vaccineren van de binnenkat bestaan nog weleens misvattingen. Sommige mensen denken dat het niet nodig is om de kat te vaccineren zolang hij niet in contact komt met andere dieren. Er zijn inderdaad ziektes die alleen worden overgebracht van dier op dier. Het kan daarentegen ook gebeuren dat de ziektes op een andere manier worden verspreid. De mogelijke manieren van besmetting zijn:
- Rechtstreeks tussen dieren, bijvoorbeeld door likken, bijten, krabben
- Via de lucht, bijvoorbeeld door hoesten en niezen
- Via mensen, bijvoorbeeld via kleding of handen
- Via de omgeving
Sommige virussen, zoals het feline calicivirus dat niesziekte veroorzaakt en het panleukopenie dat kattenziekte tot gevolg kan hebben, worden vaak door mensen verspreid. Zelfs nadat de persoon in kwestie zijn handen en kleding goed heeft gewassen, kan hij een gezonde kat hiermee besmetten. Dat kan dus om jou zelf gaan, maar het kan net zo goed iemand zijn die bij jou op visite komt en die contact met andere dieren heeft gehad. Aangezien jouw binnenkat nooit buitenkomt, heeft hij weinig weerstand opgebouwd tegen deze invloeden van buitenaf. Om hem goed te beschermen tegen besmettelijke virussen, is het daarom aan te raden om je binnenkat hoe dan ook te vaccineren.
Tegen welke ziektes kun je de binnenkat vaccineren?
Er zijn een aantal basisvaccinaties voor katten, zoals vastgesteld aan de hand van de zogeheten WSAVA-vaccinatierichtlijnen. Zo is het verstandig om je binnenkat in te enten tegen de volgende ziektes:
- Kattenziekte: infectie van het maag-darmkanaal die extreem dodelijk is. Het wordt veroorzaakt door panleukopenie.
- Feline herpesvirus: een mogelijke oorzaak van niesziekte. De kat vertoont griepachtige verschijnselen.
- Feline calicivirus: een mogelijke oorzaak van niesziekte. Gaat vaak gepaard met zweren in de kattenbek.
Voor de overige vaccinaties geldt dat de dierenarts met je overlegt of het risico bestaat dat jouw kat de ziekte oploopt. Als er sprake is van een verhoogd risico, dan kan hij je adviseren om je kat ook te vaccineren tegen: Chlamydophila felis, Bordetella bronchiseptica, hondsdolheid of het feline leukemievirus (FeLV).
Vanaf welke leeftijd moet je een kitten vaccineren?
De internationale richtlijnen adviseren om kittens vanaf de leeftijd van 6 tot 8 weken te vaccineren met de basisvaccinaties en dit iedere 2 tot 4 weken te herhalen tot en met de leeftijd van 16 weken of ouder. Het gaat dan om de vaccinatie tegen panleukopenie, feline herpesvirus en feline calicivirus. In de eerste weken van zijn leven wordt een kitten beschermd door de antistoffen die hij via de moedermelk binnenkrijgt. Over het algemeen worden de basisvaccinaties het best gegeven bij de volgende leeftijden:
- 8/9 weken
- 12 weken
- 16 weken
- Herhalingsvaccinatie: tussen 6 maanden en 1 jaar oud
De richtlijnen omschrijven dat een binnenkat die alleen leeft en niet naar buiten of naar een kattenpension gaat een minder groot risico loopt op deze ziektes. Als deze katten de juiste basisvaccinatie hebben ontvangen met een afsluitende vaccinatie tussen de leeftijd van 6 maanden en 1 jaar, kunnen zij vervolgens voor al deze aandoeningen een keer in de 3 jaar worden gevaccineerd. Voor andere katten geldt dat zij jaarlijks gevaccineerd moeten worden tegen het calici- en herpesvirus en een keer in de 3 jaar tegen panleukopenie nadat de basisvaccinaties zijn afgerond tussen de leeftijd van 6 maanden en 1 jaar.
Als de kitten bij een fokker vandaan komt, dan wordt hij vaak rond de 7 weken al gevaccineerd of in ieder geval 7 dagen voordat hij naar zijn nieuwe baasje verhuist. In ons vaccinatieschema staat beschreven welke vaccinaties op welke leeftijd nodig zijn. Voor meer informatie over de regels voor fokkers, kun je kijken op de website van RVO en van de overheid.
Bekijk het volledige vaccinatieschema
Check de gezondheid van je kat
Denk je om wat voor reden dan ook dat je buiten- of binnenkat ziek is? Bijvoorbeeld omdat hij:
• Minder actief is
• Minder eet en drinkt
• Gewicht verliest
• Signalen van pijn heeft
• Tekenen van niesziekte vertoont, ook al is hij nooit in contact geweest met andere katten?
Neem dan altijd direct contact op met je dierenarts voor een grondige controle. Om de signalen van ziekte tijdig te herkennen bij je binnenkat, kun je ook een keer in de zoveel tijd onze gezondheidscontrole invullen. Zo ben je er snel bij, mocht er iets met jouw kat aan de hand zijn.
