Interviews

Interview met Tessa van Eekeren, dierenarts bij "Dierenarts Purmerend"

Als Dokter Kat kom ik via mijn baasje Nicole natuurlijk vaak in aanraking met dierenartsen. Het leek mij heel interessant om ook eens een andere dierenarts dan Nicole te spreken. Daarom vind ik het heel erg tof dat ik Tessa van Eekeren, dierenarts bij “Dierenarts Purmerend" mocht interviewen!

1. Hoe lang zit je al in het vak?

In 2010 ben ik begonnen als dierenarts en in 2016 ben ik mede-eigenaar geworden van “Dierenarts Purmerend”. Inmiddels zit ik dus al 8,5 jaar in het vak.

“In 2010 ben ik begonnen als dierenarts en in 2016 ben ik mede-eigenaar geworden van “Dierenarts Purmerend”. ”

2. Wat vind je het fijnst aan je werk als dierenarts met betrekking tot het behandelen van katten?

Katten laten niet snel merken dat ze ziek zijn, daarom is het veel uitdagender om katten te behandelen. Zeker vanuit diergeneeskundig oogpunt, maar ook omdat sommige katten echt een uitdaging zijn om mee om te gaan. Extra leuk als alles dan lukt en goed gaat.

3. Heb je wel eens van Dokter Kat gehoord? Zo ja, wat vind je van het initiatief om de oudere kat (7+jaar) meer aandacht te geven?

Ja, ik ben Dokter Kat tegen gekomen op social media (Facebook). In het algemeen vind ik het goed om katten meer aandacht te geven en in het bijzonder de oudere kat. Veel mensen komen niet met hun oudere kat bij de dierenarts. “Hij wordt gewoon wat ouder” is een veel gehoorde uitspraak, wanneer katten zich anders gaan gedragen of kwaaltjes krijgen. Kateigenaren zijn zich er vaak niet van bewust dat er iets aan gedaan kan worden.

4. Heb je wel eens patiënten gehad die hebben aangegeven Dokter Kat te kennen?

Nog niet.

5. Wat is de meest voorkomende klacht bij katten jonger dan 7 jaar? En bij katten ouder dan 7 jaar?

Bij katten jonger dan 7 jaar komen ze meestal met “algemene” zaken als koorts, manken, maagdarmklachten of klachten met betrekking tot de urinewegen. Vaak acuut ook.

Oudere katten komen nogal eens met langdurigere klachten van bijvoorbeeld braken of vermageren. Hierbij komt dan ook vaak een onderliggende ziekte naar boven. Bij oudere katten zie ik ook vaak hyperthyroïdie, dan heeft de kat een te snelwerkende schildklier. In de meeste gevallen is de kat onrustig, snel geïrriteerd, hijgt bij stress, eet meer, maar valt desondanks af. Ook drinken, plassen en poepen ze meer. Hyperthyroïdie zie ik voornamelijk bij katten van boven de 10 jaar.

“Preventieve zorg: jaarlijkse controle door de dierenarts en het vrijhouden van parasieten. ”

6. Wat is de prognose voor een kat met chronische nierziekte? Kunnen kateigenaren zelf bijdragen aan de kwaliteit van leven?

Erg belangrijk voor de prognose is het moment van constateren. Hoe eerder de nierziekte en onderliggende oorzaak wordt geconstateerd hoe beter. Zolang de katten goed blijven eten is de prognose vaak het best. Kateigenaren kunnen bijdragen aan de levenskwaliteit door te zorgen dat er gemonitord kan worden (zoals bloeddruk onder controle houden) en proberen de eetlust te onderhouden.

7. Waarom is het een goed idee om de bloeddruk van je kat preventief te laten meten? Wat zijn de gevolgen als je dit niet doet?

Hypertensie wordt heel vaak gemist. Zonde, omdat meerdere organen het hierdoor zwaar te verduren hebben. Ook voelt een kat met een te hoge bloeddruk zich niet lekker, terwijl dat vaak niet opgemerkt wordt, omdat je kat dit niet laat merken. Het is daarom goed om de bloeddruk te laten meten, zodat je kat zich niet ongemerkt ziek voelt.

8. Hoe zie je aan een kat dat hij/zij pijn heeft?

Je merkt voornamelijk ander gedrag. Dit kan onder andere zijn meer slapen, minder actief zijn, niet aangehaald willen worden. Ook kan de eetlust verminderd zijn, maar dit hoeft niet!

9. Waar zouden kateigenaren meer aandacht aan moeten besteden bij hun kat?

Preventieve zorg: jaarlijkse controle door de dierenarts en het vrijhouden van parasieten. Daarnaast is het belangrijk dat eigenaren goed op het gedrag van hun kat letten, als dit veranderd kan het betekenen dat er wat aan de hand is. Door vaker naar de dierenarts te gaan voorkom je problemen en ziekte, in plaats van het pas aan te pakken als je iets merkt aan je kat.